Achtergrond 

Psychosociale arbeidsbelasting, afgekort PSA, omvat alle factoren die stress veroorzaken in de arbeidssituatie. Daartoe behoren ook klachten als gevolg van ongewenste omgangsvormen. Werkgevers zijn al verplicht om hun medewerkers tegen psychosociale arbeidsbelasting te beschermen en beleid te voeren om dit te voorkomen. De Inspectie ISZW controleert of werkgevers een RI&E en een Plan van Aanpak hebben om het risico op ongewenste omgangsvormen te minimaliseren. In zijn brochure ‘Ongewenste Omgangsvormen’ adviseert de Inspectie SZW werkgevers om in ieder geval de volgende voorzieningen te treffen: 

  • een gedragscode; 
  • een klachtenregeling en -commissie; 
  • opvang begeleiding en nazorg;
  • het aanpakken van de daders; 
  • voorlichting en instructie.  

Ook zou iedere werkgever minimaal één onafhankelijke vertrouwenspersoon moeten aanstellen.  

Verplichtstelling vertrouwenspersoon 

Op dit moment heeft een vertrouwenspersoon nog geen wettelijk beschermde status in de organisatie. Dat wordt in dit wetsvoorstel nu wel geregeld. 

Werkgevers zijn verplicht om een vertrouwenspersoon aan te stellen, met als doel ongewenst gedrag op de werkvloer terug te dringen en een veilige werkomgeving voor alle werknemers te creëren. Zo wordt er in de Arbowet een artikel 13a toegevoegd dat regelt dat iedere werknemer zich kan richten tot een vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon kan overigens ook een externe persoon zijn.  

Het wetsvoorstel noemt de volgende basistaken van de vertrouwenspersoon: 

  • het opvangen, begeleiden en adviseren van de werknemer en zo nodig doorverwijzen naar een professionele hulpverlenende instantie of hulpverlener; 
  • het zo nodig inschakelen van een deskundige of bemiddelaar bij conflicten die verband houden met ongewenste omgangsvormen; 
  • het adviseren over en behulpzaam zijn bij eventueel verder te nemen stappen door de werknemer en verlenen van nazorg; 
  • het signaleren van knelpunten in de uitvoering van het beleid, het verstrekken van inlichtingen over de mogelijkheden tot voorkoming en bestrijding van ongewenste omgangsvormen; 
  • het geven van gevraagd of ongevraagd advies aan de werkgever ter zake van bedoelde ongewenste omgangsvormen; 
  • het geven van voorlichting ter zake van ongewenste omgangsvormen en informatie over de inhoud van de functie van de vertrouwenspersoon en diens bereikbaarheid; 
  • het jaarlijks uitbrengen van een verslag van bevindingen aan de werkgever en de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging. 

De vertrouwenspersoon moet beschikken over voldoende deskundigheid en ervaring en moet daarin ondersteund worden door de werkgever. De werkgever moet de onafhankelijke positie van de vertrouwenspersoon waarborgen en ervoor zorgen dat de vertrouwenspersoon zijn functie zelfstandig kan vervullen. Daarnaast mag de vertrouwenspersoon vanuit zijn functie niet benadeeld worden in zijn positie in het bedrijf of de inrichting. Werkgevers tot 10 werknemers zijn overigens uitgezonderd van de verplichting om een vertrouwenspersoon aan te stellen. 

De rol van de OR  

De OR of PVT moet instemmen met de keuze van de vertrouwenspersoon en diens positionering binnen de organisatie alsmede met de verlenging en beëindiging van diens aanstelling. (art. 27 lid 1 sub d WOR of bij gebreke aan een OR art. 12 Arbowet) 

De betrokkenheid van de OR bij de aanstelling van een vertrouwenspersoon blijkt ook uit de zorgtaak van de OR om zoveel als in zijn vermogen ligt de naleving van de voorschriften op het gebied van onder meer de arbeidsomstandigheden te bevorderen (art. 28 WOR). 

In ons eerder blog ‘#MeToo:OR en vertrouwenspersoon kunnen elkaar versterken’ is toegelicht hoe de OR en de vertrouwenspersoon elkaar bij het creëren van een veilige werkomgeving kunnen versterken.   

Is het creëren van een veilige werkomgeving binnen jouw organisatie een speerpunt, en heeft jullie organisatie of OR nog vragen over het vormgeven van goed beleid hiervoor, dan denken wij graag met jullie mee. 

Barbara van Dam-Keuken, juridisch medewerker Arbeid, Medezeggenschap & Pensioen