De feiten

In 2011 heeft Britt Dekker, bekend van televisie, geposeerd voor het tijdschrift Playboy. De foto’s van de realityster zouden in de decembereditie van 2011 gepubliceerd worden. Helaas voor Sanoma, de uitgever van het tijdschrift, werd op 27 oktober 2011 op de website GeenStijl een artikel geplaatst met daarin een hyperlink naar de website Filefactory.com. Via deze hyperlink werden bezoekers van de website GeenStijl doorgelinkt naar een Australische website voor dataopslag waar de gelekte foto’s van Britt Dekker op stonden. De foto’s waren dus voortijdig uitgelekt.

Het geschil in eerdere instanties

Om die reden heeft Sanoma de beheerder van GeenStijl, GS Media, gedagvaard voor de rechtbank Amsterdam. Sanoma stelde daarbij dat GS Media door het plaatsen van de hyperlink op GeenStijl inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht en onrechtmatig heeft gehandeld jegens Sanoma. De rechtbank stelde Sanoma in het gelijk, maar in een door GS Media ingesteld beroep vernietigde het gerechtshof Amsterdam de beslissing van de rechtbank. Het gerechtshof oordeelde dat met het plaatsen van de hyperlink op GeenStijl, GS Media geen inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht. Het plaatsen van de hyperlink maakte geen inbreuk, omdat de foto’s al openbaar waren gemaakt door het online plaatsen van die foto’s op de site Filefactory.com en er dus niet gesproken kan worden over “een mededeling aan het publiek” als bedoeld in de Auteursrechtrichtlijn. Geen sprake van auteursrechtinbreuk aldus. Het gerechtshof was daarentegen wel van mening dat GS Media onrechtmatig heeft gehandeld jegens Sanoma. Zonder het plaatsen van de hyperlinks op GeenStijl, hadden de gelekte foto’s minder eenvoudig gevonden kunnen worden, aldus het gerechtshof. Uit de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam kon dus geconcludeerd worden dat het plaatsen van een hyperlink naar een auteursrechtelijk beschermd werk geen inbreuk maakt op het auteursrecht. De doorslaggevende factor van het gerechtshof was daarbij dat er niet gesproken kon worden van een (nieuwe) mededeling aan het publiek.

Het Hof van Justitie van de Europese Unie

Het Europese Hof heeft echter in de recent gepubliceerde zaak nu geoordeeld dat het plaatsen van een hyperlink naar een auteursrechtelijk beschermd werk toch inbreuk kan maken op het auteursrecht. Het Europese Hof heeft namelijk een ruimere betekenis aan het begrip ‘mededeling aan het publiek’ gegeven. Volgens het Europese Hof is het naast de oorspronkelijke criteria ook van belang of de betrokken partij wist of behoorde te weten dat een werk op het internet gepubliceerd is zonder toestemming van de auteursrechthebbende. Wanneer de partij namelijk wist of behoorde te weten dat de door hem geplaatste hyperlink linkt naar een auteursrechtelijk werk dat illegaal online is gezet, kan er gesproken worden van een nieuwe ‘mededeling aan het publiek’ en maak je dus inbreuk op het betreffende auteursrecht. Bij dit criterium moet een onderscheid gemaakt worden tussen het geval wanneer een hyperlink op een website geplaatst wordt om winst te genereren en tussen het geval wanneer een hyperlink geplaatst wordt zonder een winstoogmerk. Wanneer een hyperlink op een website geplaatst wordt zonder een winstoogmerk, mag er niet per definitie vanuit worden gegaan dat de partij wist of behoorde te weten dat een werk illegaal op het internet is gepubliceerd. Zo een partij, meestal een particulier, heeft vaak niet de kennis van de gevolgen van zijn handeling. Bij een partij die deze handeling verricht met een winstoogmerk, wordt er wel vanuit gegaan dat de partij wist of behoorde te weten dat een werk illegaal op het internet is gepubliceerd. Van deze partij kan namelijk verwacht worden dat deze de nodige verificaties verricht om na te gaan of het gaat om een illegaal op het internet gepubliceerd werk. Wanneer zo een partij deze aanname niet weerlegt, vormt in dit geval het plaatsen van de hyperlink op een website een mededeling aan het publiek en wordt er dus een inbreuk gemaakt op het auteursrecht. Daarnaast vindt het Europese Hof het van belang dat er, bij de beoordeling of er sprake is van een (nieuwe) mededeling aan het publiek, een afweging gemaakt moet worden tussen enerzijds het belang van de auteursrechthebbende en anderzijds de bescherming van de belangen en diversen rechten, zoals vrijheid van informatie en vrijheid van meningsuiting, van de gebruikers van het beschermde materiaal.

Conclusie

Kort en goed: het Europese Hof heeft geoordeeld dat het gebruik van een hyperlink naar auteursrechtelijk materiaal dat illegaal online is gezet, toch inbreuk kan maken op een auteursrecht. In het geval van GS Media lijkt vast te staan dat zij met een winstoogmerk de hyperlinks heeft geplaatst en dat Sanoma daarvoor geen toestemming heeft gegeven. GS media leek zich bewust van het illegale karakter van gepubliceerde foto’s op Filefactory.com en kan dit mogelijk ook niet weerleggen. Het Europese Hof zal nu terug verwijzen naar de Hoge Raad, die – naar verwachting – het arrest van het gerechtshof Amsterdam zal vernietigen. Een mooi nieuw hoofdstuk van het leerstuk rondom het gebruik van hyperlinks. Maar zoals vaak roept ook dit arrest nieuwe vragen op: Wanneer bijvoorbeeld “behoorde je te weten” dat een werk zonder toestemming van de rechthebbende op het internet is geplaatst? Niet iedere casus zal op dit punt even helder zijn als de casus van Britt Dekker. Het laatste woord over hyperlinks is dus nog niet gezegd.

Vragen?

Heeft u vragen over deze zaak, neemt u dan contact op met ons team IT, Privacy & Cybersecurity.