NOW-3

Eerder hebben wij bericht over de NOW 3, die loopt van 1 oktober 2020 t/m 30 juni 2021 en is onderverdeeld in 3 Tijdvakken:

Tijdvak 1: van 1 oktober t/m 31 december 2020;

Tijdvak 2: van 1 januari 2021 t/m 31 maart 2021;

Tijdvak 3: van 1 april 2021 t/m 30 juni 2021.

Wijzigingen

Gezien de coronacrisis en de onzekerheden voor de nabije toekomst heeft het kabinet besloten om de geplande afbouw van NOW 3 per 1 januari 2021 niet door te laten gaan. Concreet betekent dit het volgende.

Hoogte van de tegemoetkoming

Voor Tijdvak 2, vanaf 1 januari 2021, heeft het kabinet eerder aangekondigd dat de hoogte van de (maximale) tegemoetkoming zou dalen van 80% van de loonkosten  (huidig, Tijdvak 1, bij 100% omzetverlies) naar 70% van de loonkosten. Nu is besloten om deze versobering niet door te laten gaan. De (maximale) tegemoetkoming blijft voorlopig 80%.

Minimaal omzetverlies als voorwaarde voor beroep op NOW-3

Bij de NOW 1 en de NOW 2 was een voorwaarde voor deelname aan de regeling een minimaal omzetverlies van 20% over een periode van 3 (NOW 1) of 4 (NOW 2) maanden. In Tijdvak 1 van NOW 3 was het minimale omzetverlies eveneens 20%, maar in Tijdvak 2 van NOW 3 zou de voorwaarde wijzigen naar een minimaal omzetverlies van 30%. Het kabinet heeft nu beslist dat het minimale omzetverlies 20% blijft.

Lagere subsidie bij dalende loonkosten

In de NOW 1 en NOW 2 was sprake van een lagere subsidie bij dalende loonkosten. Bij de vaststelling van de subsidie werden de loonkosten van een ‘refertemaand’ vergeleken met de loonkosten van de periode waarover subsidie werd ontvangen. Bij een gedaalde loonsom ten opzichte van de referentieperiode kreeg de werkgever voor elke euro daling in de loonkosten 90 cent minder subsidie. Daarbij vond geen correctie plaats indien de omzetdaling minder dan 100% was.

Dit systeem is bij NOW 3 iets losgelaten. Er zal nog steeds sprake zijn van een referentieperiode en een lagere tegemoetkoming bij dalende loonkosten, maar onder NOW 3 kunnen bedrijven de loonsom iets naar beneden aanpassen zonder dat dit tot uiting komt in een verlaging van de subsidie bij de vaststelling. In Tijdvak 1 kan de onderneming de loonsom laten dalen met 10%. In Tijdvak 2 zou dit worden verhoogd naar 15%, maar daarvan wordt nu ook afgezien. Een werkgever mag de loonsom nog steeds met slechts 10% laten dalen.

Deze wijziging komt op een nogal laat moment, omdat ondernemingen die de loonsom per januari 2021 naar beneden hebben willen brengen dit inmiddels (december 2020) al geregeld zullen hebben en dus met een op dat moment niet voorzienbare ‘boete’ kunnen worden geconfronteerd. Toch zal voor de meeste ondernemingen gelden dat het niet verlagen van het maximale vergoedingspercentage ertoe leidt dat de onderneming nog steeds beter af is met de nu aangekondigde wijziging van het kabinet.

Overzicht

Het kabinet heeft het in de brief in de volgende tabel  overzichtelijk weergegeven:

Tot slot

Voor de komende 3 maanden is de geplande versobering van de NOW regeling gepauzeerd. Daarnaast heeft het kabinet ook andere maatregelen genomen en gewijzigd. Het is afwachten wat de komende periode gaat brengen qua ontwikkeling van de coronacrisis en welke maatregelen het kabinet per april 2021 zal nemen.