Exploitatierechten en persoonlijkheidsrechten

Het auteursrecht is het uitsluitend recht van de maker om een werk openbaar te maken en te verveelvoudigen. Dit wordt ook wel het exploitatierecht genoemd. Daarnaast komen er aan de maker ook persoonlijkheidsrechten toe. Deze zien op de persoonlijke band die de maker heeft met zijn werk. Persoonlijkheidsrechten zijn het recht van de maker om zich onder andere te verzetten tegen:

  • Openbaarmaking van het werk zonder vermelding van zijn/haar naam
  • Openbaarmaking van het werk onder een andere naam
  • Wijziging in het werk
  • Misvorming, verminking of andere aantasting van het werk.

In tegenstelling tot de exploitatierechten, kunnen persoonlijkheidsrechten niet worden overgedragen. Van een deel van de persoonlijkheidsrechten kan wel afstand worden gedaan. Een maker kan echter nooit het recht verliezen zich te verzetten tegen openbaarmaking van het werk onder een andere naam of tegen misvorming, verminking of andere aantasting van het werk.

Erfopvolging van exploitatierechten

Hoe zit het nou als de maker van een werk overlijdt? Met de exploitatierechten kunnen twee dingen gebeuren: zij kunnen naar de langstlevende partner gaan of zij gaan wegens erfopvolging over op de erfgenamen.

Exploitatierechten zijn vermogensrechten waarvan wordt aangenomen dat zich niet een zekere verknochtheid [1] voordoet. Is een auteursrechthebbende in gemeenschap van goederen getrouwd of een geregistreerd partnerschap aangegaan, dan vallen de exploitatierechten in de huwelijksgemeenschap. Als de auteursrechthebbende komt te overlijden, is de gemeenschap ontbonden en krijgt de langstlevende partner hierdoor recht op de (onverdeelde) helft van de (waarde van de) auteursrechten. De andere (onverdeelde) helft van de (waarde van de) auteursrechten valt in de nalatenschap van de auteur.

De wet dan wel een testament regelt de vererving van deze onverdeelde helft. Als de auteur geen kinderen achterlaat is de echtgenote de wettige erfgenaam, tenzij hij een andersluidend testament heeft opgesteld.

De langstlevende is in dat geval enig rechthebbende op de auteursrechten (zowel krachtens huwelijksvermogensrecht als krachtens erfrecht).  Mocht de auteur kinderen achterlaten en geen andersluidend testament hebben gemaakt, dan geldt de wettelijke verdeling (artikel 4:13 BW). Hiermee wordt de langstlevende eveneens enig rechthebbende op de auteursrechten en is daarmee zelfstandig bevoegd om deze te exploiteren. De kinderen zijn mede-erfgenaam, maar hun erfdeel bestaat uit een vordering in geld op de langstlevende ter grootte van hun erfdeel [2].

Vallen de exploitatierechten niet in een gemeenschap van goederen omdat hij onder het maken van huwelijkse voorwaarden is gehuwd, dan blijven deze privé-vermogen van de overleden auteur en gaan de auteursrechten op grond van art. 2 lid 1 Auteurswet op dezelfde wijze als hiervoor beschreven over bij erfopvolging. In dat geval komen de exploitatierechten van de erflater enkel krachtens erfrecht aan de erfgenamen toe.

Erfopvolging van persoonlijkheidsrechten

Bij de persoonlijkheidsrechten werkt het anders. Op grond van art. 25 lid 2 van de Auteurswet komen de persoonlijkheidsrechten na het overlijden van de maker toe aan de door de maker bij uiterste wilsbeschikking aangewezene. Persoonlijkheidsrechten vererven dus niet. Zij gaan slechts over op een ander persoon wanneer de maker dit expliciet heeft opgenomen in zijn/haar testament. Degene(n) die de persoonlijkheidsrechten na de dood van de auteur kunnen uitoefenen zullen daarbij gebonden zijn aan door de auteur overeengekomen beperkingen en afstandsmodaliteiten. Erfgenamen kunnen dus niet een persoonlijkheidsrecht uitoefenen waarvan de maker reeds afstand heeft gedaan.

Wordt in het testament niks opgenomen over persoonlijkheidsrechten, dan vervallen deze.

 

Testament

Auteursrechten lenen zich bij uitstek om vastgelegd te worden in een testament. Vaak wordt dit echter vergeten. Dit kan tot niet gewenste situaties leiden. Allereerst vervallen dan dus de persoonlijkheidsrechten. Bovendien kunnen de auteursrechten dan overgaan op meerdere erfgenamen wat de exploitatie kan bemoeilijken of erger: aanleiding kan vormen voor een geschil tussen de erfgenamen. Maak daarom concrete afspraken over het auteursrecht en leg deze vast in een testament. Dan levert het na overlijden niet nog 70 jaar geschil op, maar 70 jaar plezier.

 

[1] Verknochtheid verwijst naar goederen die buiten de gemeenschapsboedel vallen. Bijvoorbeeld smartengeld/aanspraken uit hoofde van letselschade.

[2] Na 1 januari 2018 wijzigt de regeling van de gemeenschap van goederen ingrijpend. Auteursrechten die de auteur vóór zijn huwelijk had, vallen niet meer in een gemeenschap van goederen. We gaan echter uit van de situatie tot 1 januari 2018.

Vragen?

Heeft u vragen over dit artikel, neemt u dan contact op met ons team IT, Privacy & Cybersecurity.