Ov chipkaart is individueel

Volgens de Wbp is elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare persoon een persoonsgegeven.  Daarbij is van belang of de betrokkene van andere personen kan worden onderscheiden, de zogenaamde “individualiseerbarheid”. Nu de OV-chipkaart door middel van een unieke Chip-ID verbonden is aan de persoon van de student is volgens het CBP sprake van een persoonsgegeven. Het gaat hier om gegevens zonder direct identificerende elementen die informatie verschaffen over het gedrag van een persoon die via een uniek nummer herleidbaar is tot die persoon. Volgens het CBP is het GVB in staat om de naam van de betrokkene te achterhalen en is dat ook mede het doel van de verwerking van de persoonsgegevens. De gegevens die het GVB verwerkt als met de OV-chipkaart wordt gereisd, geven immers gedetailleerde informatie over het reisgedrag van de kaarthouder, waardoor het GVB inzage verkrijgt in het leefpatroon van de student.

Te lang bewaard

In de Wbp zijn regels opgenomen ten aanzien van de verwerking van persoonsgegevens, zoals de bewaartermijn van deze gegevens. Verwerking van persoonsgegevens is niet per definitie verboden, maar moet wel aan een aantal voorwaarden voldoen. Het GVB heeft de persoonsgegevens langer bewaard dan noodzakelijk is en heeft daarmee in strijd met de Wbp gehandeld. Het CBP heeft derhalve geoordeeld dat Het GVB de bewaartermijnen voor reisgegevens van studenten moet aanpassen. Is dat niet uiterlijk op 31 december 2011 gebeurd, dan is het GVB een dwangsom verschuldigd van maximaal € 250.000,–.

Vragen?

Heeft u vragen over de Wbp, neemt u dan contact op met, Natascha van Duuren, Advocaat/Partner IE/ICT-recht