Op 15 maart van dit jaar sprak toenmalig minister voor Medische Zorg Bruins de burgers toe over de maatregelen die zij zouden treffen om het coronavirus het hoofd te bieden. Een van die maatregelen luidde als volgt:

“Alle eet- en drankgelegenheden in Nederland sluiten vanaf 18:00 uur vandaag de deuren en blijven dus tot en met 6 april gesloten”

In navolging van deze woorden besloot de fastfoodketen in kwestie dat alle restaurants gesloten moesten blijven en dat alleen de drive thru-faciliteit, indien aanwezig, open mocht blijven. Op 16 maart gaf een werknemer, die de functie van Assistent Manager vervulde, groen licht om naast de drive thru ook het restaurant te openen. Dit terwijl het verbod om te openen herhaaldelijk in de Whatsapp-groep van de managers van de fastfoodketen ter sprake was gekomen.

Het duurde niet lang voordat verontwaardigde reacties op de Facebookpagina van de fastfoodketen verschenen. Rond 14:45 uur van diezelfde dag werd de werknemer door de fastfoodketen opgebeld en per telefoon op staande voet ontslagen wegens – kort gezegd – het openen van het restaurant ondanks de duidelijke instructie en mededelingen van een directe collega het restaurant gesloten te houden, het nalaten om contact te zoeken met een leidinggevende en het toebrengen van imagoschade. Het ontslag is vervolgens bij brief van 17 maart bevestigd.

De werknemer kan zich niet verenigen met het ontslag op staande voet en stapt naar de kantonrechter, waarbij hij onder meer een billijke vergoeding van € 305.921,52 bruto verzoekt. Hij geeft onder meer aan dat de berichtgeving van de fastfoodketen over het niet openen van de restaurants niet eenduidig was en dat hij niet bewust of welwillend een opdracht van de fastfoodketen heeft genegeerd, zodat een minder vergaande maatregel, zoals een waarschuwing, in deze situatie meer voor de hand had gelegen.

Oordeel rechter

De kantonrechter gaat niet mee met het verweer van de werknemer dat hij er gerechtvaardigd van mocht uitgaan dat de restaurants met een drive thru-faciliteit open mochten blijven. In de avond van 15 maart heeft de fastfoodketen namelijk voldoende duidelijk gemaakt dat alle eetgelegenheden moesten sluiten. Daarnaast is de werknemer er ook in de ochtend van 16 maart nog door een collega op gewezen dat het restaurant niet open mocht. Dit was echter aan dovemans oren gericht.

Als gevolg hiervan verschenen niet alleen negatieve berichten op social media over de fastfoodketen, maar ontstonden er ook gezondheidsrisico’s voor zowel collega’s als de gasten. De werknemer valt dan ook het creëren van een gevaarzettende situatie te verwijten. Deze omstandigheden tezamen, maken dat de kantonrechter een ontslag op staande voet passend acht.

In dit verband was van belang dat de werknemer belast was met het aansturen van het personeel en het naleven van procedures zodat juist hij zich ervan had moeten vergewissen of het restaurant al dan niet mocht worden geopend. Ook woog mee dat de werknemer een gewaarschuwd man was. In november 2019 was hem namelijk al te kennen gegeven dat hij de procedures van de fastfoodketen beter diende na te leven en op de hoogte diende te blijven van veranderingen in die procedures. Het gegeven dat de werknemer 58 jaar oud is en al sinds 2001 bij de fastfoodketen in dienst is, maakt dit niet anders.

Vragen?

Wilt u hierover meer weten? Neem dan contact op met een van onze specialisten van het team Arbeid, Medezeggenschap & Mediation.