Ontslagbescherming voor (ex-)leden van de ondernemingsraad.

De ratio van de ontslagbescherming van artikel 7:670 lid 4 BW is gelegen in de bescherming van de betrokken medewerker tegen benadeling als gevolg van zijn handelen in het kader van medezeggenschap en in het waarborgen van zijn onafhankelijke positie, ten opzichte van de bestuurder, die voor de uitoefening daarvan nodig is. De ontslagbescherming zorgt er zodoende voor dat leden van de ondernemingsraad zich kritisch kunnen opstellen, zonder dat gevreesd hoeft te worden voor ontslag.

Op grond van artikel 7:670 lid 10 BW geniet ook de medewerker die korter dan twee jaar geleden lid is geweest van een medezeggenschapsorgaan ontslagbescherming. Hiermee wordt voorkomen dat medewerkers achteraf (alsnog) worden ‘gestraft’ voor hun handelen in het kader van het uitoefenen van de medezeggenschap.

Fraude, diefstal en verval arbeidsplaatsen

De ontslagbescherming die leden van de ondernemingsraad genieten is (uiteraard) niet onbegrensd. Het beëindigen van de arbeidsovereenkomst is wel mogelijk, indien de reden voor ontslag geen verband houdt met het lidmaatschap van de ondernemingsraad. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan diefstal of fraude, maar ook aan een verval van arbeidsplaatsen wegens bedrijfseconomische redenen. De oud-voorzitter van de centrale ondernemingsraad (COR) van de Nationale Politie is een schrijnend voorbeeld van wat de gevolgen kunnen zijn van niet integer handelen.

Ontslag

In december 2017 is de oud-voorzitter van de COR ontslagen, nadat op 5 juli 2016 een intern onderzoek door de Nationale Politie was gestart naar mogelijk verwijtbaar handelen van de toenmalige voorzitter. Na afronding van het onderzoek is een jaar later het voornemen tot strafontslag (vergelijkbaar met ontslag op staande voet), met onmiddellijke ingang geëffectueerd wegens zeer ernstig plichtsverzuim.

Prosecco en snoepreisjes

De oud-voorzitter is vervolgens tegen het besluit tot strafontslag in beroep gegaan bij de meervoudige bestuurskamer van de rechtbank Midden-Nederland. Dit mocht echter niet baten. De bestuursrechter oordeelde dat de oud-voorzitter terecht was ontslagen, aangezien hij structureel niet integer handelde. Zo had hij onder meer 198 flessen prosecco uit het COR-budget van 1,5 miljoen euro per jaar gefinancierd om ‘uit te delen’ en had hij zijn vrouw, eveneens op kosten van de politie, meegenomen op snoepreisjes naar Sint-Maarten en Curaçao.

Gevangenisstraf

Met zijn ontslag was de kous echter nog niet af. Het Openbaar Ministerie had namelijk een strafzaak aangespannen op verdenking van valsheid in geschrifte, oplichting, verduistering en ambtelijke omkoping.

De rechtbank Overijssel achtte valsheid in geschrifte en verduistering bewezen en veroordeelde de oud-voorzitter tot een gevangenisstraf van zes maanden. De oud-voorzitter heeft – in zijn hoedanigheid als voorzitter van de COR – facturen laten vervalsen zodat de Nationale Politie alsnog zou betalen voor geleverde diensten, wat eerder was geweigerd vanwege de aard en hoogte ervan. Daarnaast heeft de oud-voorzitter ook privé-uitgaven gedaan met de creditcard van de politie.

Belang van integriteit

Ernstige misdragingen – zoals hierboven beschreven – komen (gelukkig) zelden voor binnen de medezeggenschap, maar tonen wel het belang van een integere houding van alle individuele leden van de ondernemingsraad en de (mogelijk) ernstige gevolgen van misbruik van bevoegdheden. Omgekeerd kan de ondernemingsraad uiteraard ook integriteit van de bestuurder verwachten. Dit betreft een wederkerige verplichting, waar beide partijen actief op moeten toezien. Het gezamenlijk opstellen van een integriteitscode waarin de kernwaarden van de onderneming worden opgenomen kan in dat kader als leidraad dienen.

Vragen?

Wilt u hierover meer weten? Neem dan contact op met een van onze specialisten van het team Arbeid, Medezeggenschap & Pensioen.