In ons eerdere blog “Ontslag op staande voet: Nederlandse rechter oordeelt naar Iers recht” bespraken wij de beschikking van de kantonrechter Eindhoven die oordeelde dat de Nederlandse rechter op grond van Iers recht moest oordelen over het ontslag op staande voet van een Poolse werkneemster die als cabinemedewerkster in dienst was bij het Ierse Ryanair met als standplaats Eindhoven. Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft onlangs in hoger beroep de beschikking van de kantonrechter vernietigd en geoordeeld dat niet het Ierse maar het Nederlandse recht van toepassing is.  Ryanair moet de werkneemster, naast de verschuldigde transitievergoeding, een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een billijke vergoeding van € 25.000,- betalen.

Welke nationale rechter is bevoegd?

In deze kwestie staat de vraag centraal of Ryanair een beroep kon doen op de in de  arbeidsovereenkomst gemaakte forum- en rechtskeuze. Hoewel in de arbeidsovereenkomst uitdrukkelijk staat dat de Ierse rechter bevoegd is, zijn uiteindelijk de feitelijke omstandigheden bepalend. Voor de vraag welke rechter bevoegd is, is met name bepalend in welke plaats de werkneemster gewoonlijk werkt. Daarbij spelen de volgende omstandigheden een rol:

  • Na een eerdere overplaatsing vanuit Stockholm was Eindhoven de nieuwe vaste werkplek;
  • De diensten van werkneemster begonnen en eindigden op Eindhoven Airport;
  • Zij ontving haar werkinstructies, waaronder de verplichte briefings, op Eindhoven Airport;
  • Zij verrichtte voorbereidende werkzaamheden en andere werkzaamheden in Eindhoven;
  • De door Ryanair geëxploiteerde vliegtuigen aan boord waarvan de werkneemster werkte, waren feitelijk (voornamelijk) in Eindhoven gestationeerd. Ook heeft Ryanair een ‘operational base’ in Eindhoven en maakt de Ryanair bemanning gebruik van een crewroom op Eindhoven Airport.
  • Ten slotte volgt uit de arbeidsovereenkomst dat de werkneemster in de nabijheid van Eindhoven Airport moet wonen, hetgeen zij ook doet.

Welk nationaal recht is toepasselijk?

Nadat bepaald is welke rechter bevoegd is, moest worden beoordeeld welk recht van toepassing is. Uitgangspunt daarbij is dat op een arbeidsovereenkomst met internationale aanknopingspunten het recht van toepassing is van het land waar de werknemer gewoonlijk zijn arbeid verricht (artikel 8 Rome I). Dit is echter anders, als uit alle omstandigheden van het geval blijkt dat de arbeidsovereenkomst nauwer verbonden is met het andere land (hier Ierland). Omdat de werkneemster in Nederland haar belastingen en sociale verzekeringspremies betaalt, oordeelt het hof dat al met al Nederlands recht van toepassing is.

Vervolgens moet worden beoordeeld of het Nederlandse recht de werkneemster niet minder bescherming biedt dan het Ierse recht. Volgens het hof is dat hier niet het geval. Het Nederlandse recht biedt werkneemster op grond van de dwingend rechterlijke bepalingen (waarvan niet bij arbeidsovereenkomst mag worden afgeweken) die zien op het eenzijdig wijzigingsbeding (art. 7:613 BW) en het ontslag op staande voet (art. 7:677 BW) juist meer bescherming dan het Ierse recht. Zo kan werkneemster naar de rechter om het ontslag op staande voet te laten vernietigen en tevens aanspraak maken op verschillende vergoedingen, zoals de transitievergoeding, een vergoeding wegens onregelmatige opzegging en een billijke vergoeding. Ook kan werkneemster zich in Nederland rechtstreeks tot de rechter wenden,  terwijl een gerechtelijke procedure in Ierland voor haar bezwaarlijk zou zijn. De conclusie is dan ook dat de Nederlandse rechter bevoegd is en op grond van het Nederlandse recht moet toetsen of het ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven.

De uitspraak

Volgens het hof heeft Ryanair onterecht een beroep op het eenzijdig wijzigingsbeding gedaan, omdat zij niet hard kon maken dat zij een zodanig zwaarwichtig belang bij de wijziging had dat het belang van de werkneemster daarvoor naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid moest wijken. De werkneemster hoefde dan ook niet met de gedwongen overplaatsing akkoord te gaan. Als gevolg daarvan was er geen dringende reden die een ontslag op staande voet rechtvaardigt. Het hof heeft de vorderingen van de werkneemster integraal toegewezen.

Conclusie

Ook deze uitspraak laat zien hoe belangrijk het is dat partijen zich bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst goed rekenschap geven van de gevolgen van de keuzes die zij maken ten aanzien van de bevoegde nationale rechter en het toepasselijke nationale recht. Omdat rechters, wanneer het tot een procedure mocht komen, alle omstandigheden van het geval in kaart moeten brengen en moeten wegen kan het kwartje nu eens linksom dan weer rechtsom vallen. De belangen bij een ontslag zijn groot. Check dan ook altijd vóóraf wat de mogelijke gevolgen van een bepaalde forum- (en/of) rechtskeuzebepaling kunnen zijn. Uiteraard helpen wij u daar graag bij.

Vragen?

Heeft u vragen over dit artikel, neemt u dan contact op met Barbara van Dam, Paralegal, Arbeid, Medezeggenschap & Mediation.