Het Huis voor klokkenluiders heeft onderzocht in hoeverre deze wettelijke verplichting, ruim één jaar na dato, wordt nageleefd. Uit de ‘Verkenning meldprocedures en integriteitsvoorzieningen 2017’ blijkt onder meer dat slechts 48% van de bedrijven en instellingen aan alle wettelijke verplichtingen voor een dergelijke meldprocedure voldoet en dat de ondernemingsraad slechts bij 58% van de werkgevers met een meldprocedure heeft ingestemd. Deze cijfers spreken voor zich. Er is werk aan de winkel! Ondernemingsraden kunnen met gebruikmaking van hun initiatiefrecht pro-actief bijdragen aan de invoering van een goede meldprocedure.

De Wet Huis voor Klokkenluiders

Doel van de wet is het beter regelen van de rechtsbescherming van klokkenluiders en het doen van onderzoek naar de meldingen van de klokkenluiders. Het moet gaan om meldingen die het individuele belang overstijgen, zoals meldingen over fraude of corruptie binnen een onderneming of wanneer sprake is van gevaar voor de volksgezondheid, de veiligheid van personen of voor het milieu. Deze wet geldt voor werkgevers én werknemers, dus ook voor stagiaires, zzp’ers en vrijwilligers. Deze wet beschermt de werknemers tegen benadeling, zodat zij geen nadelige gevolgen van een melding van een vermoeden van een misstand mogen ondervinden. De wet beschermt ook de onderneming tegen misbruik, precies de twee doelen die de ondernemingsraad heeft na te leven.

Het instemmingsrecht van de OR

De OR heeft instemmingsrecht bij het vaststellen (en wijzigen) van de klokkenluidersprocedure binnen een bedrijf (art. 27 lid 1 onder m WOR). Deze meldregeling is echter een ander soort regeling dan de interne klachtregeling (art. 27 lid 1 onder j WOR). Een interne klachtregeling ziet immers op klachten in de directe omgeving van de werknemer, zoals intimidatie door een leidinggevende, het niet naleven van veiligheidsprotocollen door collega’s etc. De meldregeling in de zin van de Wet Huis voor Klokkenluiders richt zich echter op misstanden die het individuele belang overstijgen.

De zorgtaak van de ondernemingsraad

In artikel 28 WOR is de zogenaamde ‘zorgtaak’ van de ondernemingsraad vastgelegd. Dit betekent dat de ondernemingsraad een stimulerende en bevorderende taak heeft ten aanzien van diverse aspecten van het sociaal beleid binnen de onderneming, met name voor wat betreft arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden.  Denk hierbij ook aan het belang van een veilige werkomgeving,  de relatie tussen psychosociale arbeidsbelasting (PSA) en ziekteverzuim.  In ons eerdere blog #MeToo: OR pak je rol! wordt hier uitgebreid op ingegaan.

Het initiatiefrecht van de OR

Gebleken is dat van de werkgevers met een ondernemingsraad 79% al wel een meldprocedure heeft, maar dat deze nog niet voldoet aan de nieuwe normen. Die ondernemingsraden moeten dus in actie komen. Zij kunnen met gebruikmaking van hun initiatiefrecht (art. 23 lid 3 WOR) dit onderwerp onder de aandacht van de bestuurder brengen en het op de agenda van de overlegvergadering plaatsen. De oude regeling zal kritisch tegen het licht moeten worden gehouden om te zien of er wellicht sprake is van een ‘papieren tijger’ die nodig moet worden aangepast aan de nieuwe situatie. Vervolgens kan er dan voor worden gezorgd dat de nieuwe regeling, blijvend, onder de aandacht van alle medewerkers wordt gebracht. Het is niet voldoende deze in de kantine neer te leggen of daar op het intranet naar te verwijzen.

Ook als er nog geen klokkenluidersregeling is, kan de ondernemingsraad, ook buiten de overlegvergadering om, pro-actief  (schriftelijk) een initiatiefvoorstel doen dat ziet op een goede invoering daarvan, die is toegesneden op de organisatie. De ondernemer is dan verplicht dit voorstel tijdens een overlegvergadering met de ondernemingsraad te bespreken. De ondernemer moet vervolgens zo spoedig mogelijk gemotiveerd aangeven of hij in overeenstemming met dit voorstel zal besluiten.

Het initiatiefrecht is een instrument bij uitstek om, mede gelet op de zorgtaak van de ondernemingsraad, thema’s die zien op het sociale beleid in ruime zin onder de aandacht van de ondernemer te brengen.

Om op een goede manier van het initiatiefrecht gebruik te maken en ervoor te zorgen dat een nieuwe regeling goed wordt geïmplementeerd en organisatiebreed wordt gedragen, is het verstandig een specialist op dit gebied te raadplegen. Wij denken graag met u mee.

Vragen?

Heeft u vragen over dit artikel, neemt u dan contact op met Ernst van Win, Advocaat, Partner Arbeid, Medezeggenschap & Mediation.