Afspiegeling

Dat is niet altijd het geval. Het aantal werknemers met flexibele contracten neemt nog steeds  toe terwijl tegelijkertijd  de gemiddelde duur van het dienstverband van de werknemers afneemt. En in sommige branches -zoals de agrarische, post en pakketbestellingen en de cultuur kan men niet zonder. Toch voldoen flexkrachten niet snel aan de vereisten voor het actieve en passieve kiesrecht. Dat is jammer omdat belangrijke thema’s zoals  Arbo en veiligheid juist ook voor hen van belang zijn.

Wetsvoorstel

Om ervoor te zorgen dat ook werknemers met korte of tijdelijke dienstverbanden aanspraak kunnen maken op medezeggenschapsrechten wordt de WOR op dit punt  gewijzigd. De Eerste Kamer heeft het desbetreffende wetsvoorstel op 14 december jl. aangenomen. De wet gaat dus al over enkele dagen in. Extra belangrijk om daar als werkgever, HR adviseur, maar ook als OR rekening mee te houden en daar snel actie op te ondernemen.

Minister Koolmees ( nu nog Sociale Zaken en Werkgelegenheid ) heeft in reactie op een advies van de Sociaal-Economische Raad (SER) en de Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM) het wetsvoorstel ingediend. In dit wetsvoorstel neemt het ministerie de adviezen van de Commissie Bevordering Medezeggenschap en van de Sociaal-Economische Raad om de Wet op de ondernemingsraden (WOR) te wijzigen over.

Doel van de wijziging is dat meer werknemers (juist ook jongeren en flexkrachten) eerder en vaker bij de medezeggenschap worden betrokken.

Wijzigingen

Verkorting termijnen actief en passief kiesrecht
  • Verkorting van de termijnen voor het actief kiesrecht (het recht om te mogen stemmen) van 6 naar 3 maanden;
  • Verkorting van de termijn voor het passief kiesrecht (het recht om je kandidaat te stellen voor de OR) van 12 naar 3 maanden;
  • Uitzendkrachten gaan na 15 maanden (in plaats van na 24 maanden) medezeggenschapsrechten opbouwen in de onderneming van de inlener en verwerven na 18 maanden actief en passief kiesrecht (15+3 =18 maanden).

Daarnaast blijft het mogelijk in het OR-reglement (ten positieve) af te wijken van de wet, door nog kortere termijnen op te nemen. Wij adviseren geregeld dat te doen om een evenwichtige medezeggenschap mogelijk te maken als er veel flexkrachten werken in de onderneming. Ook blijft het mogelijk om de groep ‘in de onderneming werkzame personen’ uit te breiden met bijvoorbeeld uitzendkrachten die nog geen 15 maanden werkzaam zijn in de organisatie.

Aanpassing in werkwijze commissies
  • Artikel 15 lid 2 WOR wordt aangepast, zodat in het Instellingsbesluit kan worden afgeweken van de hoofdregel dat een vaste commissie voor de meerderheid uit OR-leden moet bestaan. Dit met de kanttekening dat als een vaste commissie voor een minderheid uit OR-leden bestaat, het advies- en instemmingsrecht bij de OR blijft liggen. Zo kunnen meer commissieleden van buiten de OR worden gevraagd om in een OR-commissie zitting te nemen.

Overigens kan het werken met commissies ook bijdragen aan de positie van de flexkrachten binnen de medezeggenschap.

Let op!

Na goedkeuring kunnen deze wijzigingen in de WOR leiden tot aanpassen van het OR-reglement. Meer hierover leest u in ons blog ‘Meer flexkrachten in de OR: Hoe regel je dat in het reglement?

 Ambtelijk secretaris niet verplicht

De minister ging echter niet mee in het voorstel van de SER en de CBM om het recht op een ambtelijk secretaris in de WOR te regelen. Wat ons betreft een gemiste kans. Wij treffen vaak ondernemingsraden die het lastig vinden een goede balans te vinden tussen hun reguliere werkzaamheden, hun medezeggenschapstaken en de privésituatie. Dit komt de kwaliteit van de medezeggenschap niet ten goede. Het zou ondernemingsraden en bestuurders hebben geholpen als de WOR meer duidelijkheid had gecreëerd over nut en noodzaak van de aanstelling van een ambtelijk secretaris.

Vragen?

Heeft u vragen over dit onderwerp of wilt u eens met ons sparren over andere OR-gerelateerde zaken? Neemt u dan contact met ons op.

Ernst van Win, Partner Arbeid, Medezeggenschap & Mediation

Barbara van Dam-Keuken Paralegal Arbeid, Medezeggenschap & Mediation