Ja, zo oordeelde de rechtbank Midden-Nederland recent.

Een werknemer is in maart 2014 arbeidsongeschikt geraakt. Haar arbeidsongeschiktheid duurt voort en de bedrijfsartsen van de Arbodienst stellen geen duidelijke diagnose (werkgerelateerde overbelastingsklachten). De werknemer re-integreert verschillende keren, maar valt telkens opnieuw uit en komt niet verder dan het werken van een aantal uren per week op arbeidstherapeutische basis. Toch ziet de Arbodienst geen aanleiding de werknemer door te verwijzen voor het stellen van een duidelijke diagnose en behandeling.

Verder dragen 3 verschillende bedrijfsartsen van de Arbodienst zorg voor de re-integratie. Ondanks dat de werknemer telkens opnieuw uitvalt en niet verder komt dan het werken van een aantal uren per week op arbeidstherapeutische basis, besluit een van deze bedrijfsartsen in september 2015 een werkhervattingsplan op te stellen waarbij de werknemer geacht wordt haar volledige arbeidsuren binnen 12 weken te hervatten. Als gevolg hiervan valt de werknemer opnieuw en volledig uit.

Het UWV legt een loonsanctie op, omdat de werknemer onvoldoende medisch begeleid is, er te laat een diagnose is gesteld en een onjuist werkhervattingsplan is opgesteld wat tot uitval heeft geleid. Omdat dit allemaal tekortkomingen betreffen die aan de Arbodienst te wijten zijn, stelt de werkgever de Arbodienst aansprakelijk voor de kosten die voortvloeien uit de loonsanctie (loon, verzuimbegeleiding, gedeelte transitievergoeding, pensioen, werkgeverspremies en collectieve verzekeringen, kosten schadebeperking).

De rechtbank is van oordeel dat de bedrijfsartsen de werknemer in een veel eerder stadium hadden moeten doorverwijzen voor een duidelijke diagnose en behandeling. Dit had op de weg gelegen van de bedrijfsartsen, nu in de eerste twee ziektejaren nauwelijks werkhervatting heeft plaatsgevonden. Door dit na te laten hebben de bedrijfsartsen niet gehandeld met de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht en is de Arbodienst toerekenbaar tekort geschoten jegens de werkgever.

Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat de bedrijfsarts met het opstellen van het werkhervattingsplan in september 2015 niet de zorgvuldigheid in acht heeft genomen die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot verwacht mag worden. Zij verwijst hiervoor naar de beperkte werkhervatting van de werknemer en een eerdere langdurige uitval, waarbij een werkhervatting van 2x 2 uur al te veel was voor werknemer. De bedrijfsarts had de werknemer moeten doorverwijzen voor nadere diagnostiek. Daarnaast had het de bedrijfsarts, gelet op het ziekteverloop van de werknemer, duidelijk moeten zijn dat de werknemer niet veel druk aankon en gemakkelijk opnieuw uitviel.

Nu uit het arbeidsdeskundig rapport van het UWV verder volgt dat de tekortkomingen van de Arbodienst hebben geleid tot het opleggen van de loonsanctie, kan de werkgever de schade die voortvloeit uit de loonsanctie met succes op de Arbodienst verhalen.

Vragen?

 Heeft u vragen over dit artikel, neemt u dan contact op met Renée Huijsmans.