Bedrijfsgeheimen

Zoals hierboven beschreven, worden bedrijven door de Richtlijn beschermd tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken en openbaar maken van hun bedrijfsgeheimen. Wat wordt nu onder een “bedrijfsgeheim” volgens de Richtlijn verstaan? Volgens de Richtlijn bestaat een bedrijfsgeheim uit informatie die aan de volgende voorwaarden voldoet:

“a) de informatie is geheim in die zin dat zij, in haar geheel dan wel in de juiste samenstelling en ordening van haar bestanddelen, niet algemeen bekend is bij of gemakkelijk toegankelijk is voor personen binnen de kringen die zich gewoonlijk bezighouden met de desbetreffende soort informatie;

b) de informatie bezit handelswaarde omdat zij geheim is; en

c) de informatie is door de persoon die rechtmatig daarover beschikt onderworpen aan redelijke maatregelen, gezien de omstandigheden, om deze geheim te houden;”

Dankzij de Richtlijn kunnen bedrijven tegen de onrechtmatige verkrijging, gebruik en openbaarmaking van deze gegevens optreden.

Onrechtmatige verkrijging van bedrijfsgeheimen

Er is volgens de Richtlijn sprake van onrechtmatige verkrijging van bedrijfsgeheimen wanneer er zonder toestemming van het bedrijf documenten, voorwerpen of bestanden, die het bedrijfsgeheim bevatten of waaruit het bedrijfsgeheim kan worden afgeleid, worden toegeëigend, gekopieerd, of wanneer er toegang tot die documenten wordt verschaft. Ook is er sprake van een onrechtmatige verkrijging wanneer die verkrijging aangemerkt kan worden als een oneerlijke handelspraktijk.

Onrechtmatig gebruik en onrechtmatige openbaarmaking

Er is volgens de Richtlijn sprake van onrechtmatig gebruik of onrechtmatige openbaarmaking van een bedrijfsgeheim wanneer het op onrechtmatige wijze is verkregen, er sprake is van een inbreuk op een verplichting tot het niet openbaar maken van het bedrijfsgeheim (bijvoorbeeld in de vorm van een geheimhoudingsovereenkomst) of wanneer er inbreuk wordt gemaakt op de verplichting het gebruik van het bedrijfsgeheim beperkt te gebruiken.

Rechtmatig(e) verkrijging, gebruik en openbaarmaking

Hieronder worden enkele situaties besproken waarin de Europese wetgever enkele groepen meer bescherming heeft willen geven tegen het optreden van een bedrijf tegen het “gebruik” van bedrijfsgeheimen.

Allereerst wordt door de Richtlijn de onderzoeksjournalistiek beschermd. Hoewel het van belang is dat bedrijfsgeheimen beschermd worden, moet dit niet ten koste gaan van de vrijheid en de pluriformiteit van de media, zo blijkt uit overweging 19 van de Richtlijn.

Ook werknemers hebben bescherming tegen het optreden van bedrijven tegen het “gebruik” van bedrijfsgeheimen. De Europese wetgever wil ervoor zorgen dat werknemers niet worden beperkt in “het gebruik van ervaringen en vaardigheden die zij op eerlijke wijze tijdens de normale uitoefening van hun functie hebben opgedaan”. De mobiliteit van werknemers mag dankzij de Richtlijn niet beperkt worden.

Ten slotte beoogt de Richtlijn ook klokkenluiders te beschermen. De maatregelen, procedures en rechtsmiddelen die de Richtlijn aan bedrijven toekent, mogen geen beperkingen voor klokkenluiders vormen. Klokkenluiders moeten de mogelijkheid hebben om bedrijfsgeheimen openbaar te maken, wanneer de openbaarmaking daarvan het openbaar belang dient. Echter is dit alleen toegestaan “voor zover direct relevant wangedrag, onrecht of relevante illegale activiteiten aan het licht wordt gebracht.”

Maatregelen, procedures en rechtsmiddelen

Zoals hierboven al is beschreven, krijgen bedrijven dankzij de Richtlijn ook meer middelen om hun bedrijfsgeheimen te beschermen. De maatregelen, procedures en rechtsmiddelen die door de Richtlijn aan bedrijven worden toegekend, mogen niet onnodig ingewikkeld of duur zijn en mogen geen onredelijke termijnen of vertragingen inhouden. Daarbij moeten de middelen eerlijk, billijk, doeltreffend en afschrikkend zijn.

Ingevolge de Richtlijn moeten de lidstaten het voor bedrijven mogelijk maken om, voor de bescherming van hun bedrijfsgeheimen, de volgende maatregelen te kunnen nemen:

•    een vordering van een staking of verbod van de onrechtmatige verkrijging, gebruik en openbaarmaking van een bedrijfsgeheim;
•    een vordering van een productie verbod van inbreukmakende goederen;
•    een vordering tot beslaglegging of afgifte van inbreukmakende goederen;
•    een vordering tot het terugroepen van inbreukmakende goederen;
•    een vordering tot de vernietiging van het bedrijfsgeheim of de inbreukmakende goederen; en
•    een vordering tot schadevergoeding.

Ten slotte geeft de Richtlijn mogelijkheden om het bedrijfsgeheim ook tijdens de gerechtelijke procedure te beschermen. Bedrijven kunnen tijdens de procedure verzoeken om bepaalde stukken als vertrouwelijk te behandelen, zodat deze niet terug te vinden zijn in de openbare uitspraak. Tevens kan zelfs de toegang tot die uitspraak worden beperkt. Ook alle partijen die deelnemen aan de gerechtelijke procedure, zoals de partijen en hun advocaten, kunnen geheimhouding opgelegd krijgen.

Conclusie

De Richtlijn waarborgt dus de investeringen van een bedrijf in het ontwikkelen, verkrijgen en toepassen van informatie. Dankzij de nieuwe maatregelen, procedures en rechtsmiddelen kunnen bedrijven knowhow, bedrijfsinformatie en technologische kennis beter  beschermen. Daarbij waarborgt de Richtlijn wel de vrijheid van informatie en meningsuiting. Zo worden onderzoeksjournalistiek, werknemers en klokkenluiders beter beschermd tegen het buitensporig optreden van bedrijven tegen het gebruik van bedrijfsgeheimen.

Vragen?

Heeft u vragen over dit artikel, neemt u dan contact op met ons team IT, Privacy & Cybersecurity.