Werkneemster respecteert weliswaar het einde van de arbeidsovereenkomst maar stelt dat er sprake is van een onregelmatige opzegging. Zij vordert daarom bij de kantonrechter een schadevergoeding wegens het ontbreken van een dringende reden. Daarnaast vordert zij inzage van de videobeelden en rectificatie van de beschuldigingen.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat werkneemster door de veelvuldige aanpassing, herziening en relativering van haar beweringen zelf veel twijfel heeft gewekt over haar geloofwaardigheid. Voor wat betreft de inzage in de camerabeelden heeft de kantonrechter geoordeeld dat het alsnog tonen van de videobeelden niet nodig is voor de oordeelsvorming. Het feit dat er geen wederhoor heeft plaatsgevonden wordt door de kantonrechter afgedaan als een “procedurele schoonheidsfout”. Dit wordt werkgeefster niet aangerekend, omdat later door werkneemster alsnog gevoerd verweer niet geloofwaardig genoeg is en zij niet met tastbaar tegenbewijs is gekomen.

Werkgeefster heeft het beleid van de onderneming dat iedere (ook geringe) vorm van financiële onregelmatigheid op geen enkele wijze door de vingers gezien zou worden niet op papier gezet. Desondanks heeft de kantonrechter geoordeeld dat het werkneemster duidelijk had kunnen en moeten zijn dat werkgeefster het wegnemen van een pakje sigaretten zonder betalen zou aanmerken als een dringende en voldoende reden voor een ontslag op staande voet. De kantonrechter heeft de vorderingen van werkneemster dan ook afgewezen.

Vragen?

Heeft u vragen over ontslag, neemt u dan contact op met Barbara van Dam, Paralegal.