Volgens huurder is het voornemen tot renovatie van verhuurder onvoldoende om een beroep te kunnen doen op dringend eigen gebruik. Verhuurder verzoekt de kantonrechter vervolgens om beëindiging van de huurovereenkomst en ontruiming van de winkelpanden.

De kantonrechter oordeelt dat verhuurder slechts aannemelijk moet maken dat de winkelruimte zal worden aangewend voor de gestelde nieuwe bestemming. Dat heeft verhuurder voldoende gedaan door een helder ondernemingsplan te presenteren, wat gebaseerd is op een schriftelijk advies van deskundigen. Uit dit plan blijkt dat verhuurder rendementsverhoging van het vastgoed wil realiseren door verbetering van de verhuurbaarheid. Het is onder meer de bedoeling om de twee winkelpanden samen te voegen en het verhuuroppervlak uit te breiden.

De huurovereenkomst wordt beëindigd onder de voorwaarde dat verhuurder over een omgevingsvergunning zal beschikken. De huurder trekt dus – op één strohalm na – aan het kortste eind.

Heeft u vragen over beëindiging van de huurovereenkomst wegens renovatie van bedrijfsruimte, neemt u dan contact op met het team Vastgoed.