Het nieuwe Woningwaarderingsstelsel
Met de wet is een nieuw woningwaarderingsstelsel (WWS) in werking getreden. Dat is doorgetrokken naar het middensegment. Het WWS bepaalt de maximale huurprijzen (kale huur) op basis van een puntenstelsel (een woning krijgt punten voor, bijvoorbeeld, de grootte van de kamers of de douche). Het WWS was tot 1 juli van toepassing voor huurwoningen met een aanvangshuurprijs tot € 808,06. Het nieuwe WWS geldt voor woningen met minder dan 186 punten, dat wil zeggen: met een aanvangshuurprijs van (sinds 1 juli 2024) minder dan € 1.157,95.
Alleen voor nieuwe contracten
De wet geldt alleen voor nieuwe huurcontracten en zo lang er schaarste heerst op de woningmarkt.
Wat verandert er
In grote lijnen verandert het volgende:
- Nieuwe huurprijzen worden vastgesteld op basis van het WWS. Dat kan tot gevolg hebben dat een nieuwe huurprijs lager is dan de huur die eerder voor een woning werd betaald. Met name in de grote steden, waar huurprijzen in de regel boven de huur op basis van het WWS liggen.
- De jaarlijkse huurverhoging wordt beperkt. De maximale huurverhoging voor het middensegment wordt de ‘cao-loonontwikkeling +1%’. Het huurcontract van een middenhuur-woning moet dan wel een indexeringsbeding bevatten. Daarnaast kan de jaarlijkse huurprijsstijging in het middensegment niet leiden tot een huurprijs die hoger is dan de maximale huurprijs op grond van het WWS. De maximale huurverhoging in de vrije sector is beperkt tot de laagste van ofwel ‘inflatie + 1%’ of ‘cao-loonontwikkeling + 1%’.
- Huurders kunnen, anders dan voorheen, de huurprijs ook ná zes maanden laten toetsen bij de huurcommissie. Alle huurders, ook die in de vrije sector, kunnen de servicekosten door de huurcommissie laten toetsen.
- Gemeenten mogen huurwoningen aanwijzen als middenhuur-woningen. In dat geval komen alleen mensen met een middeninkomen in aanmerking voor een huisvestingsvergunning.
- Woningen met energielabels A en B krijgen meer punten, woningen met labels E, F en G krijgen minpunten.
- Verhuurders mogen bij een lopend huurcontract een passende huurverhoging vragen wanneer de woning wordt verbeterd door verduurzamingsmaatregelen. Indien een woning wordt verbeterd en meer dan 186 punten krijgt, blijft gedurende het lopende huurcontract wel de middenhuurbescherming gelden.
- Om de nieuwbouw van huurwoningen te stimuleren mag een verhuurder de maximale huurprijs gedurende twintig jaar met 10% verhogen, mits de bouw voor 1 januari 2028 start. Door deze opslag kan er voor de betreffende middenhuur-woning dus een hogere huur gevraagd worden.
- Voor Rijksmonumenten geldt een opslag op de maximale huurprijs van 35%, voor beschermde dorps- en stadsgezichten wordt een forfaitaire maximale prijsopslag van 5% gehanteerd.
- Verhuurders zijn verplicht zich te houden aan de maximale huurprijs. Gemeenten worden verantwoordelijk voor de handhaving daarvan, die kunnen een bestuurlijke boete opleggen of een verhuurvergunning intrekken bij te hoge huur.
Vragen?
Duizelt het u al? Of bent u benieuwd naar nog meer (kleinere) veranderingen? Neem dan contact op met Per van der Kooi, Advocaat Huurrecht.
Nieuwsbrief
Wil je elke maand een overzicht van updates en blogs in je mailbox? Klik dan hier om je in te schrijven voor de nieuwsbrief!