Feiten
De werknemer, geboren in 1982, was sinds 1 oktober 2009 in dienst, laatstelijk als conciërge met een bruto maandsalaris van € 2.961,00.
In januari 2021 werd de werknemer aangesproken op zijn punctualiteit en werkhouding. Er volgden diverse gesprekken en verbetertrajecten waarbij specifieke afspraken werden gemaakt over zijn functioneren en gedrag.
Kik hier voor de volledige uitspraak.
Verbetertrajecten
Gedurende 2021 en 2022 heeft de werkgever meerdere gesprekken en verbetertrajecten ingezet om de werknemer te ondersteunen in zijn functioneren. Dit omvatte onder andere:
- Specifieke Afspraken: Bijvoorbeeld op tijd komen, proactieve werkhouding, positieve communicatie en naleving van integriteitscodes.
- Begeleiding en Monitoring: Maandelijkse voortgangsgesprekken, trainingen en de mogelijkheid tot psychologische ondersteuning werden aangeboden.
Conflicten en Mediation
Ondanks de inspanningen van de werkgever bleef er sprake van problemen in het functioneren en de werkrelatie:
- Beschuldigingen: De werknemer beschuldigde zijn leidinggevende van discriminatie en oneerlijke behandeling.
- Mediation: Een mediationtraject van augustus tot oktober 2023 werd gestart maar eindigde zonder positief resultaat.
Verzoek tot Ontbinding
In mei 2023 diende de werkgever een verzoek in bij de kantonrechter om de arbeidsovereenkomst te ontbinden vanwege disfunctioneren en een verstoorde arbeidsverhouding. De werkgever stelde dat de werknemer ongeschikt was voor de functie en dat de arbeidsrelatie onherstelbaar beschadigd was.
Oordeel van de Kantonrechter
De kantonrechter oordeelde als volgt:
- Disfunctioneren: Hoewel de vraag of er sprake was van disfunctioneren in het midden werd gelaten, was duidelijk dat de verhouding ernstig verstoord was.
- Verstoorde Verhouding: De beschuldigingen van discriminatie en de mislukte mediation bevestigden dat herstel van de arbeidsrelatie niet mogelijk was.
- Herplaatsing: Herplaatsing van de werknemer binnen een redelijke termijn was niet mogelijk vanwege het ontbreken van geschikte functies.
Ontbinding en Vergoedingen
De kantonrechter besloot de arbeidsovereenkomst te ontbinden per 1 mei 2024 en kende de werknemer een transitievergoeding toe van € 17.070,59 bruto. Er werd geen billijke vergoeding toegekend omdat er geen sprake was van ernstig verwijtbaar handelen door de werkgever.
Conclusie
Deze zaak benadrukt het belang van i. duidelijke communicatie met de werknemer, ii. gedocumenteerde verbetertrajecten en iii. de noodzaak van mediation bij arbeidsconflicten. De uitspraak laat zien dat de rechter rekening houdt met de inspanningen van de werkgever om tot een oplossing te komen en met de ernst van de verstoorde relatie tussen werkgever en werknemer.
Vragen?
Heb je vragen over arbeidsrecht of soortgelijke zaken? Neem dan contact op met Renée Huijsmans, Advocaat Arbeid & Medezeggenschap.
Nieuwsbrief
Wil je elke maand een overzicht van updates en blogs in je mailbox? Klik dan hier om je in te schrijven voor de nieuwsbrief!