Rechtzaak
In deze zaak is de vordering tot vernietiging van de aanbestede overeenkomst afgewezen. De voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag oordeelt dat de eiser niet alleen haar vordering had moeten instellen tegen de aanbestedende dienst, maar ook tegen de partij die de opdracht gegund heeft gekregen. De ondernemer die de overeenkomst met de aanbestedende dient heeft gesloten, zal immers benadeeld raken door het eindigen van de gesloten overeenkomst.
Oordeel
Voorts oordeelt de voorzieningenrechter dat een belangenafweging tot uiterste terughoudendheid noopt wanneer het aangenomen werk zich al in een gevorderd stadium van uitvoering bevindt. Tot slot dienen tevens belangen van derden te worden meegewogen, zoals de toekomstige gebruikers van het werk.
Vragen?
Heeft u vragen op het terrein van aanbestedingsrecht, neemt u dan contact op met Per van der Kooi, advocaat bouwrecht en aanbestedingsrecht en Menno de Wijs, juridisch medewerker