Roadblocks

Voordat de zelfrijdende auto de weg op kan, dient echter eerst een aantal ‘roadblocks’ geruimd te worden. Allereerst moeten op technisch gebied nog de nodige stappen gezet worden, maar dit lijkt vooral een kwestie van tijd. Misschien wel de grootste technische uitdaging wordt gevormd door de onderlinge communicatie tussen autonome auto’s, een issue dat overigens ten aanzien van vrijwel ieder aspect van het ‘Internet of Things’ speelt. De grote spelers op de markt zijn gelukkig druk bezig oplossingen te vinden voor dit probleem. Hoe dan ook zal de techniek waarschijnlijk niet de remmende factor zijn.

Diverse onderzoeken tonen aan dat vooral de randvoorwaarden een obstakel vormen. Zo is de sociale acceptatie van zelfrijdende auto’s een aandachtspunt. Het ligt echter voor de hand dat deze acceptatie in de loop van de tijd zal toenemen, vooral als de overige randvoorwaarden verder worden ingevuld. Naast allerlei aanpassingen aan de bestaande infrastructuur, zal ook de eerder benoemde verzekeringsproblematiek geadresseerd moeten worden. Het is echter moeilijk om goede verzekeringsproducten te bedenken zolang het aansprakelijkheidskader onduidelijk is. Dit brengt ons bij misschien wel het grootste obstakel voor de ontwikkeling van de zelfrijdende auto: de juridische kant van verhaal.

 

Verdrag van Wenen

Uiteraard is het aansprakelijkheidsvraagstuk in geval van zelfrijdende auto’s niet eenvoudig te beantwoorden. In eenbijdrage voor de Computable-website van augustus 2014 heb ik dit probleem kort uiteengezet. Ondertussen zijn we bijna anderhalf jaar verder en heeft de wetgever op dit punt nog weinig of niets van zich laten horen. Het goede nieuws is dat ook zonder assistentie van de wetgever oplossingen doorgevoerd kunnen worden. Theoretisch gezien kunnen autofabrikanten en verzekeraars immers ook zelf een werkend systeem opzetten…

Er is echter één zeer fundamenteel probleem dat de wetgever niet kan negeren. Nederland is namelijk één van de ondertekenaars van het Verdrag van Wenen uit 1968. Punt is dat dit Verdrag de introductie van de zelfrijdende auto op de openbare weg niet toestaat. In het Verdrag is namelijk opgenomen dat dat de bestuurder van een motorvoertuig te allen tijde het voertuig in zijn macht moet hebben. Bovendien dient elke bestuurder te allen tijde in staat te zijn om alle vereiste handelingen te verrichten.

Ondertussen heeft een aantal landen een amendement op het Verdrag van Wenen ondertekend. Hierdoor wordt het beperkt mogelijk om (deels) zelfrijdende auto’s op de openbare weg toe te laten, op voorwaarde dat de functie die de auto autonoom maakt “can be overridden or switched off by the driver.”

Op korte termijn schept dit dus enige mogelijkheden voor zelfrijdende auto’s, hoewel het voor de hand ligt dat het Verdrag ook op andere punten aangepast moet worden. Zo kan worden afgevraagd of de definitie van het begrip ‘bestuurder’ en de daarmee samenhangende eisen die aan een ‘bestuurder’ worden gesteld, toekomstbestendig zijn. Zo stelt het Verdrag: “Elke bestuurder van een motorvoertuig dient in het bezit te zijn van een rijbewijs.” In de Amerikaanse staat Nevada is echter reeds een rijbewijs toegekend aan een zelfrijdende auto in plaats van een bestuurder. Is het straks nog wel nodig dat de bestuurder c.q. passagier in het bezit is van een rijbewijs?

Nederland heeft voornoemd amendement op het Verdrag van Wenen niet ondertekend. Begin 2014 heeft minister Schultz wel een ontheffingssysteem geïntroduceerd voor testen met zelfrijdende auto’s. Dus ook in Nederland kunnen zelfrijdende auto’s in beperkte mate de weg op.

 

EU-voorzitter

Minister Schultz heeft meerdere malen aangekondigd dat Nederland een voorstrekkersrol wil spelen als het gaat om de ontwikkeling van zelfrijdende auto’s. Tot op heden lijkt hier niet heel veel van terecht gekomen. Maar daar gaat hopelijk verandering in komen.

Nederland is van 1 januari 2016 tot 30 juni 2016 namelijk voorzitter van de Raad van de Europese Unie. Onze minister heeft op 24 november 2015 aangekondigd dat Nederland zich tijdens het EU-voorzitterschap zal inzetten om het Verdrag van Wenen aan te passen, zodat de weg wordt vrijgemaakt voor zelfrijdende auto’s. De minister wil tevens dat een digitale infrastructuur opgezet wordt voor communicatie tussen zelfrijdende auto’s en andere verkeersdeelnemers, zoals ‘gewone’ auto’s en fietsers.

Als Nederland deze voortrekkersrol inderdaad op zich neemt, zou dit een opsteker betekenen voor Nederland als innovatieland. Bovendien lijkt het aannemelijk dat als de juridische roadblocks zijn verwijderd, de overige obstakels snel zullen volgen.

Dus misschien staat het rijbewijs over twintig jaar in hetzelfde nostalgische rijtje als de diskette, de papieren krant of de wegwerpcamera…

Heeft u nog vragen, neemt u dan contact op met Natascha van Duuren, Advocaat & partner IT, Privacy & Cybersecurity.