Zij pleiten voor een verruiming van de opzeggingsgrond ‘dringend eigen gebruik’. In het wetsvoorstel worden specifieke doelgroepen aan deze opzeggingsgrond toegevoegd, te weten jongeren, promovendi, grote gezinnen en bij de door de gemeenteraad in de huisvestingsverordening aangewezen personen. Met deze wijziging wordt de groep aan wie tijdelijk kan worden verhuurd groter.
Het wetsvoorstel voorziet ook in een verruiming van de mogelijkheden voor de verhuurder om na afloop van de overeengekomen huurtermijn, de woning weer zelf te betrekken. Op dit moment zijn meerdere huurovereenkomsten ter overbrugging van een bepaalde periode niet mogelijk. Ook is het niet mogelijk een met een huurder overeengekomen termijn tussentijds te verlengen. Het wetsvoorstel komt aan deze bezwaren tegemoet door dit wel mogelijk te maken.
Verder introduceert het wetsvoorstel de mogelijkheid om een woning voor een korte duur (maximaal 2 jaar) te verhuren zonder dat de huurbeschermingsregels van toepassing zijn. Thans is dat slechts mogelijk als de overeenkomst naar zijn aard van korte duur is. Deze eis komt te vervallen.
Tot slot voorziet de wijziging in een uitbreiding van de Leegstandswet. Op dit moment is de Leegstandswet van toepassing op woonruimte in gebouwen, te koop staande woningen en koop- en huurwoningen in afwachting van sloop of renovatie. Met deze wijziging wordt het ook voor te koop staande huurwoningen mogelijk om deze onder de Leegstandswet tijdelijk te verhuren. De consultatietermijn loopt tot 7 november a.s. De Ministers streven naar inwerkingtreding per 1 juli 2015.
Vragen?
Heeft u vragen over de consultatie Wet tijdelijke huur, neemt u dan contact op met ons team vastgoed