Dat blijkt echter niet het geval te zijn. De afgelopen periode hebben er diverse bijeenkomsten plaatsgevonden op instigatie van het Ministerie van EZ met diverse partijen uit de franchise branche waarbij – kortgezegd – de vraag is geponeerd ‘en hoe nu verder met franchise?’. De resultante van deze, en toekomstige bijeenkomsten, zal voor een groot gedeelte bepalen hoe er vanuit de regering invulling zal worden gegeven aan de roep vanuit de franchise branche om franchisenemers op bepaalde vlakken betere bescherming te kunnen bieden.

Een door de minister genoemde Nederlandse Gedragscode Franchise kan een nuttige aanvulling vormen op reeds bestaande wetgeving. Van belang is dan wel dat de regering er meteen op toeziet dat een dergelijke gedragscode ook daadwerkelijk wordt nageleefd en tevens afdwingbaar is. Aan nog een niet-afdwingbare en ineffectieve gedragscode, zoals de ‘Europese Erecode Inzake Franchising’, is immers geen behoefte. Een wettelijke verankering van de door de minister beoogde Gedragscode lijkt dan ook onvermijdelijk te zijn, mede omdat de eveneens door de minister geopperde geschillencommissie waarschijnlijk zal gaan functioneren op basis van vrijwillige deelname door partijen. De tijd zal uiteraard leren voor welke oplossing er uiteindelijk gekozen gaat worden.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Menno de Wijs, advocaat, [email protected]