Casus

Het ging in deze zaak om de Stichting Kinderopvang Noordwest Friesland die de stichting om wilde omzetten in een B.V. Het bestuur van de stichting had de OR in juli 2010 een daartoe strekkende adviesaanvraag gezonden. Ondanks het feit dat de OR nog geen advies had uitgebracht, besloot het bestuur in november 2010 het voorgenomen besluit toch door te zetten De OR stelde daarop beroep in bij de Ondernemingskamer. De Stichting heeft haar voorgenomen besluit ingetrokken, waarna de OR zijn beroep bij de Ondernemingskamer heeft ingetrokken.

Natuurlijke belangenverstrengelingen

Toen de Stichting in 2011, ondanks het negatieve advies van de OR, het omstreden besluit tot omzetting toch nam, stapte de OR – wederom – naar de Ondernemingskamer. De Ondernemingskamer oordeelde dat het bestuur onvoldoende rekening heeft gehouden met de ‘natuurlijke belangenverstrengeling’ tussen de aandeelhouders en de werknemers van een B.V. Dit betekent niet dat de omzetting in een B.V. niet de goede beslissing zou kunnen zijn, maar wel dat een dergelijk besluit een grondige motivering behoeft en dat de Stichting haar keuze niet voldoende heeft gemotiveerd. Dit leidt ertoe dat de Stichting niet alleen het besluit tot omzetting moet intrekken, maar ook alle gevolgen van het besluit ongedaan moet maken. Ook mag de Stichting geen handelingen (doen) verrichten ter (verdere) uitvoering van dat besluit of onderdelen daarvan. De ondernemer trok dus aan het kortste eind.

 

Vragen?

Heeft u vragen over deze uitspraak, neemt u dan contact op met Barbara van Dam, Paralegal.